Bang voor de bugel
Marijke Bosman is een van de 7 bugel-blazers. Moeilijk instrument, maar oefening baart met recht kunst. De mond en de ademhaling daar dient op gelet, weet ze van Catharine en haar buddy Joke. Ze is er vol lof over: “ Van hen leer ik heel veel.”
“ De bugel heeft een warmere klank dan een trompet, “ vertelt ze. Daar dacht ze vroeger bepaald anders over: “ Mijn vader speelde bugel in de fanfare van Luttelgeest. Ik was bang van dat geluid. Het woord bugel vond ik ook eng. Als mijn vader speelde deed ik mijn vingers in mijn oren. “ Er was in die tijd maar een ding nog erger. De mondharmonica. “ Als ik dat hoorde, rende ik het huis uit, “ aldus Marijke, die er nu om lachen kan. “ Ik was toen een klein kind. Nu ben ik een oude vrouw,” waarmee ze verklaart, waarom ze de bugel nu aankan. De keuze van het instrument heeft wel met vroeger te maken. “ Ik koos voor de bugel als eerbetoon aan mijn vader.”