“Zorg moet betaalbaar, bereikbaar én van hoge kwaliteit blijven”

Zeewolde maakte hierbij een regioplan samen met enige gemeenten op de Noord Veluwe. Van de Beld noemde het in de uitzending van Zeewolde Kiest van groot belang dat de gemaakte plannen en afspraken goed doordacht zijn, onderling aansluiten en elkaar daardoor versterken. “Want we staan voor een giga opgave”, aldus de portefeuillehouder Sociaal Domein. “We zullen wat moeten met de naderende dubbele vergrijzing. We krijgen in de toekomst meer ouderen en daarnaast wordt die ouderen ook nog eens ouder.” Van de Beld kondigde een communicatiecampagne aan richting bevolking, waarbij de plannen worden toegelicht. “Duidelijk moet worden dat, als we niets doen, mensen over vier, vijf jaar geen zorg meer kunnen krijgen. Er is sprake van hoge urgentie. Daarbij willen we niet belerend zijn, maar wel mensen lokken de goede, gezonde dingen te doen. Als we mogelijke problemen in preventieve sfeer aanpakken, kunnen we wellicht voorkomen dat er in een later stadium dure zorg nodig is.” 

Zelfredzaamheid

Van de Beld zei in de uitzending verder te hopen dat de ‘zelfredzame gemeenschap’ steeds meer terrein wint. “Dat moet wel, want er is nu al een chronische tekort aan zorgpersoneel. Ik geloof heel erg in de kracht van de samenleving.” De plaatselijke wethouder tipte een onderzoek aan, waaruit naar voren kwam dat zes op de tien Zeewoldenaren de buren eventueel wel wilden helpen zorg te verlenen. “Als dat maar tijdelijk zou zijn, dus niet voor vele jaren. Daarom is het zo belangrijk dat mantelzorgers zoveel mogelijk worden ondersteund, zodat zij hun werk kunnen blijven doen. Respijtzorg kan er dan voor zorgen, dat zij af en toe even een paar dagen vrijaf hebben.” 

Zorg gaat niet alleen ouderen aan, ook jongeren hebben er (steeds meer) mee te maken. “De mentale gezondheid van de jeugd is de afgelopen vier jaar fors gedaald”, aldus Van de Beld spijtig. “Jongeren hebben het zwaar. Corona, de social media en de algehele toestand in de wereld, het heeft er allemaal mee te maken. Bij ‘Opgroeien in een Kansrijke Omgeving’ verzamelen we data en wordt er elke twee jaar een enquête onder de doelgroep gehouden. Ouders, politie en straathoekwerk worden er vervolgens bij betrokken. Sporten, cultuur en sociale dingen met elkaar doen moeten er op een positieve wijze aan bijdragen dat jongeren niet gaan roken, drinken en ellende uithalen.”